Diaplus banner.png
Download blog Gratis Proefabonnement Diaplus Tekstenlab NE
> VO blog

 

Leesvaardig dankzij het leeswiel

 

De noodklok werd onlangs wederom geluid. De leesvaardigheid van onze leerlingen in Nederland daalt steeds verder. Het PISA-onderzoek onder 15-jarigen laat schokkende resultaten zien. Een derde van onze 15-jarigen dreigt laaggeletterd te raken, als we niet ingrijpen. Wat te doen? Dia heeft in nauwe samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen een leesdidactiek ontwikkeld, die is gebaseerd op wetenschappelijke inzichten. Die hebben we het leeswiel genoemd. En die werkt.

 

Leeswiel-2024.png

Afbeelding: Het leeswiel van Dia

Een leeswiel?

Om te beginnen: waarom een wiel? De ontwikkeling van leesvaardigheid is een cyclisch proces. Net als bij een wiel zijn voor de aandrijving ervan verschillende radertjes nodig. Belangrijke radertjes die zorgen voor de aandrijving van het leeswiel zijn onder andere: interessante teksten, dieper tekstbegrip, leesmotivatie, succesbeleving, etc. Deze radertjes hangen met elkaar samen en werken niet los van elkaar. Ze draaien om een kern van drie zaken: kiezen, lezen en weten. Begrijpend lezen is een complexe vaardigheid: die valt niet aan te leren met afvinklijstjes of door dezelfde strategie enkele malen te herhalen. Een leerling wordt pas leesvaardig als zijn of haar leeswiel blijft draaien. Als aan alle radertjes van het wiel aandacht wordt besteed, dan is de leesvaardigheid in ontwikkeling en zal die verbeteren.

 

Kiezen

In de meeste gevallen wordt aan leesvaardigheid gewerkt volgens de methode Nederlands. De boodschap voor de leerling is daarbij vaak: we gaan lezen, met als doel een strategie aan te leren. De inhoud lijkt daarbij van ondergeschikt belang. Maar laat dat nou juist precies de leesmotivatie zo naar beneden halen. Welke volwassene ken jij, die in zijn of haar vrije tijd ‘leest’ zonder inhoudelijk doel? Het doel voor een natuurlijke lezer is: informatie vergaren, lekker wegdromen of weten hoe andere mensen ergens over denken. Dat is voor leerlingen niet anders. Zij lezen wel, als ze zelf mogen kiezen waarover en als ze een natuurlijk leesdoel hebben. Zorg dus voor een breed aanbod in je les en bied op alle leesniveaus zoveel mogelijk variatie. Werk als sectie Nederlands ook eens met een tekst van een collega van een ander vak, zoals aardrijkskunde, geschiedenis, maatschappijleer, etc. De focus ligt dan niet meer op ‘begrijpend lezen’, maar op de inhoud. Je zult zien dat de leesvaardigheid erop vooruitgaat met deze verandering.

 

Lezen

Bij effectief leesonderwijs gaat het naast het belang van de inhoud ook om het volume: zorg dat er véél gelezen wordt. Dan bedoelen we echt: leeskilometers maken. Om in de metafoor van het wiel te blijven: zie de ontwikkeling van leesvaardigheid als het leren autorijden: als je bent geslaagd, ken je de beginselen van het autorijden en kun je je handhaven in het verkeer, maar je moet ook nog veel leren. Dat leer je door het heel veel te blijven doen.

 

Weten

Naast het opschroeven van het leesvolume is ook het leesaanbod van belang. Laat leerlingen binnen het hele spectrum aan tekstsoorten lezen: informatieve, opiniërende, fictieve en instructieve teksten. Deze tref je overal aan in een enorme diversiteit aan verschijningsvormen. Dit vergroot de functionele leesvaardigheid. Neem eens een krantenartikel met ze door, laat ze recepten bestuderen, bespreek een column, etc. Laat ze daarnaast uiteraard ook in hun zelfgekozen boek lezen, maar doe het vooral naast elkaar. Door te blijven oefenen in de stad, op de snelweg, in het buitenland, etc. krijg je als chauffeur immers ook een steeds beter verkeersinzicht. Rijd niet alleen dagelijks van je huis naar je werk, maar zoek andere verkeerssituaties op en blijf veel rijden. Oftewel: focus op alle tekstsoorten.

 

De radertjes toegelicht

Ons leeswiel heeft 7 radertjes.
Die lichten we hieronder één voor één toe.

 

Interessante & rijke teksten

Een interessante tekst… ja. Dat is voor de een iets ander dan voor de ander. Waar het in ieder geval om draait, is: de tekst zelf en dan bedoelen we: de inhoud van de tekst. Het helpt als je je leerlingen niet alleen aan het werk zet met het onderdeel ‘lezen’ uit de methode, maar dat je ze meeneemt in wat een tekst te vertellen heeft. Waarom is deze tekst geschreven? Wat heb je hieraan? Waarom zou je die gaan lezen?

Wat zijn dan interessante teksten? Een ander woord daarvoor is rijke teksten. Die bevatten gevarieerd taalgebruik, prikkelen de nieuwsgierigheid, verbreden de kennis over de wereld, vergroten de woordenschat, nodigen uit om te lezen of te beluisteren, nodigen uit om erover te praten en te schrijven en zijn niet geschreven naar het onderwijsdoel toe (want dat ‘verarmt’ zo’n tekst veelal). Je leest rijke teksten met een authentiek doel: je wilt iets te weten komen, lekker wegdromen of weten hoe anderen ergens over denken (bron: rijketeksten.org). Geef je leerlingen rijke teksten te lezen; die zullen het meeste bijdragen aan hun leesmotivatie. Het mooie is dat je ze overal om je heen vindt: in boeken, kranten, tijdschriften, online, etc. De truc is om ze op het juiste leesniveau in te delen. Dat vergt oefening, maar die loont.

 

Meer willen weten en beleven

De grootste motivatie om te lezen is dat je daadwerkelijk benieuwd bent naar de inhoud van een tekst. Het is bij leesonderwijs belangrijk dat je je bewust bent van het feit dat leerlingen vanaf 10 jaar  lezen om iets te weten te komen: reading to learn. Tot 10 jaar zijn leerlingen vooral bezig met het leren om te lezen: learning to read.

Laat leerlingen op de middelbare school dus zelf zoveel mogelijk kiezen wat ze willen lezen, mits dat op hun eigen leesniveau is en liever nog net iets daarboven. Leerlingen die mogen kiezen waarover ze willen lezen, beleven meer aan zo’n onderwerp. Die beleving is waar het om draait. Niet de strategieën voor informatieverwerking van een willekeurige schoolboektekst, maar de inhoud staat centraal. Die gaat het meeste leven als leerlingen zelf mogen kiezen waarover ze lezen.

 

Dieper tekstbegrip

Door actief bezig te zijn met de tekst komt een leerling tot diep tekstbegrip. Dat kan alleen als hij of zij écht bezig is met de tekst. Wat gelezen wordt, wordt dan in de hersenen gekoppeld aan dingen die ze al weten. De tekst één keer lezen en daarbij wat vragen beantwoorden is daarom geen goede manier om de leesvaardigheid daadwerkelijk te ontwikkelen. Leerlingen maken de taak, controleren de antwoorden, maar hebben soms geen flauw benul van wat er nou in de tekst stond. Het helpt om op de verschillende tekstniveaus te werken: micro (woord- en zinsniveau), meso (alineaniveau) en macro (tekst in zijn geheel).

Ook helpt het om de informatie die uit de tekst te halen is actief te koppelen aan dingen die leerlingen al weten. Dat kan door ze voor, tijdens en na het lezen van de tekst met de informatie uit de tekst bezig te laten zijn. Haal van tevoren voorkennis op of bereid ze voor op het onderwerp door vragen te stellen, een filmpje te laten zien of wat dan ook. Zet je leerlingen na het lezen van de tekst met de nieuwe informatie aan het werk. Dat kan door ze een actieve verwerkingsopdracht te laten maken, bijvoorbeeld door de informatie te verwerken in een productieve opdracht (schrijfopdracht, spreekopdracht, presentatie, etc). Nog een stapje verder ga je door de nieuwe informatie toe te passen of te vergelijken met een andere tekst. Wij noemen zo’n tekst een ‘satelliettekst’: die cirkelt als het ware om de hoofdtekst heen. Met deze intensieve manier van informatieverwerking spreek je de hogere ordeniveaus van je leerlingen aan (taxonomie van Bloom).

taxonomie van Bloom 2.png

Afbeelding: De taxonomie van Bloom

 

Taal- en leesvaardigheid groeit

De taal- en leesvaardigheid groeit met de leeswieldidactiek op een cognitief veel diepere manier dan bij het zogenaamde strategisch gelezen (= het lezen om (controle)vragen te beantwoorden). Leerlingen komen met het volledige spectrum van tekstaanbod in aanraking; ze ontwikkelen een actieve leeshouding en zijn echt bezig met de tekst.

 

Ontwikkeling natuurlijk leesgedrag

Natuurlijk leesgedrag wil je bij je leerlingen ontwikkelen, geen strategisch leesgedrag. Ze moeten zich focussen op de inhoud van de tekst en zich afvragen wat er staat; waarom de schrijver dit heeft geschreven, of ze het ermee eens zijn of niet, wat ze wel of niet begrijpen, wat de verbanden zijn, etc. Dat kan alleen als ze weten hoe dat moet. Daarom is de rol van de docent zo belangrijk. Die kan ze dit laten zien. Doe dat dus voor.

Met de hulp van de docent kan iedere leerling een niveau hoger lezen dan zijn of haar eigen leesniveau. De zone van de naaste ontwikkeling noemt Vygotsky dat: dat is het verschil tussen wat een leerling zonder hulp kan en wat hij mét hulp kan. Leerlingen volgen daarbij het voorbeeld van een volwassene. Volgens deze Russische onderwijs- en ontwikkelingspsycholoog is het dus de taak van het onderwijs om onze ervaringen met leerlingen te delen. Op deze manier kunnen je leerlingen stap voor stap naar een leesniveau hoger groeien. Door teksten aan te bieden in oplopende moeilijkheidsgraad, kun je dit proces heel gericht sturen zonder leerlingen te over- of ondervragen.

 

Meer kennis van de wereld

Een groot voordeel van het aanbieden van authentieke, rijke en gevarieerde teksten is dat leerlingen meer kennis van de wereld krijgen. Ze lezen overal over. Bovendien is uit onderzoek gebleken dat het grootste deel van woordenschatverwerving incidenteel gebeurt, dus als leerlingen meer van de juiste teksten lezen, die rijk zijn aan vocabulaire, dan leidt dat tot een significante toename van woordenschat.

 

Meer succes op school

Een grotere woordenschat, natuurlijk leesgedrag, dieper tekstbegrip, etc. Alle radertjes samen zorgen ervoor dat een leerling meer succes zal hebben op school. Dat is zelf daarmee óók een radertje van het leeswiel, want het is een belangrijke voorwaarde voor gelukkige en gemotiveerde leerlingen. Ook de meest ongeïnteresseerd ogende leerling bloeit op bij succes. Door de complexe vaardigheid van het begrijpend lezen te blijven ontwikkelen, is de kans op langdurig succes groot, ook bij de andere vakken. Hierdoor gaat een leerling vanzelf een gezonde(re) verhouding aan met lezen, wat ervoor zorgt dat hij of zij zelf op zoek gaat naar interessante teksten en verhalen.

 

Actieve leeshouding: ook jij!

Tot slot een laatste tip: Belangrijk bij het lezen is een actieve leeshouding: lezen met aandacht en kritische vragen stellen tijdens het lezen. Lees teksten dus voor aan een groepje leerlingen of aan de klas en sta stil bij moeilijke woorden, tekstverbanden, relevante informatie, de bedoeling van de schrijver, etc. Goed voorbeeld doet goed volgen: als jij als docent actief leest, gaan leerlingen dat ook doen. Je hoeft hierbij geen complete scripts voor te lezen, maar doe dit spontaan en stel je op als een nieuwsgierige  en kritische lezer. Met jouw hulp kan een leerling een leesniveau hoger aan dan zijn of haar eigen leesniveau. Zo komt hij stap voor stap vooruit, als zijn of haar leeswiel maar blijft draaien.

 

Diana Brouwer-Jonkman
Hoofdredacteur & uitgever Diaplus van uitgeverij Dia

 

Bronnen

Een greep uit de bronnen:

  1. Resultaten PISA-2022 in vogelvlucht (2023),  Resultaten_PISA-2022_in_vogelvlucht.pdf (utwente.nl)
  2. Houtveen, Van Steensel en De la Rie (2019) De vele kanten van leesbegrip, https://inclusievevakdidactiek.nl/wp-content/uploads/2023/12/De-vele-kanten-van-leesbegrip-HoutveenVanSteenselDelaRie2019-Reviewstudiebegrijpendlezen.pdf (onder andere verwijzing naar Constructie-Integratiemodel van Kintsch
  3. Nora Bogaert, Jeroen devlieghere, Hilde Hacquebord, e.a. (2008) Nederlandse Taalunie Aan het werk! Adviezen ter verbetering van functionele leesvaardigheid in het onderwijs. Aan het werk! - Taalunie
  4. Hilde Hacquebord & Klarien Lenting-Haan (2012) Kunnen we de moeilijkheid van teksten meten? Naar concrete maten voor de referentieniveaus, Levende Talen Magazine 2012-2
  5. Roel van Steensel e.a. (2019) Lezen stimuleren via vrij lezen, boekgesprekken en appberichten: effecten van leesbevorderingsactiviteiten in het basisonderwijs en vmbo, Lezen stimuleren via vrij lezen, boekgesprekken en appberichten: Effecten van leesbevorderingsactiviteiten in het basisonderwijs en vmbo — Vrije Universiteit Amsterdam (vu.nl)
  6. Vergroten en verdiepen van leesbegrip (2023), Vergroten en verdiepen van leesbegrip | Onderwijskennis, (o.a. verwijzing naar Kintsch)
  7. Nederlandse Taalunie, Wat zijn rijke teksten? Wat zijn rijke teksten? – Rijke Teksten | Taalunie
  8. Camille Welie (2016) Individual differences in reading comprehension. A componential approach to eighth graders’ expository text comprehension (proefschrift bij de UvA waarin evidentie is gevonden voor Diaplus) Publicaties | Camille Welie - Meer over - Vrije Universiteit Amsterdam (vu.nl)
  9. Prof. dr. Wander Lowie in ons filmpje over onze leesdidactiek (2019) Effectief leesonderwijs: waarom motiverende teksten wél werken bij de lees- en taalontwikkeling - YouTube
  10. Prof. dr. Wander Lowie, An English academic reading course for Dutch pre-university students (https://www.jbe-platform.com/content/journals/10.1075/dujal.19042.gro?crawler=true).
  11. Marieken Pronk-van Eunen & Bert de Vos, Lezen met de Leessandwich. Een kansrijke didactiek bij Nederlands en mvt (2018), Levende Talen Magazine 2018-2 Weergave van Lezen met de leessandwich: Een kansrijke didactiek bij Nederlands en mvt (lt-tijdschriften.nl)
  12. Referentiekader Taal, SLO Referentiekader taal - SLO
  13. Conceptkerndoelen Nederlands en rekenen en wiskunde (2023) SLO, Actualisatie kerndoelen Nederlands | SLO
  14. Het kennisschema van Bloom (2022), Didactief Het kennisschema van Bloom (didactiefonline.nl) (handige uitleg van de taxonomie van Bloom
  15. Vygotsky, L. S. (1978). Mind in Society: Development of Higher Psychological Processes. Harvard University Press.
  16. Toetsen… en hoe verder? Formatief werken met de Diatoetsen, Diacademie van Diataal BV
  17. Effectieve leesondersteuning. Zwakke lezers motiveren in steunlessen of in klasverband, Diacademie van Diataal BV
  18. Omgaan met verschillen. Differentiëren op basis van toetsresultaten, Diacademie van Diataal BV